Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

De Geo, deel 1

4 §2 'Grote waterprojecten' + BEGRIPPEN

Jaar 1 (havo/vwo)

In welke periode zijn de Zuiderzeewerken aangelegd? = In 1927 tot 1968.
Welk soort polders is aangelegd? = droogmakerijen
Er waren plannen voor vijf polders. Met de vijfde is wel een begin gemaakt. Welk begin ligt er? = De Markerwaarddijk.
Waar zou de Markerwaarddijk worden aangelegd? = In het westen van het Ijsselmeer.
Welke drie polders vormen de provincie Flevoland? = De Noordoostpolder, Oostelijk Flevoland en Zuidelijk Flevoland.
Hoe heet de vierde polder en bij welke provincie hoort die? = Het Wieringermeer in Noord-Holland.
Wat is relatieve afstand? = De afstand in tijd.
Welke verandering in bodemgebruik is er tussen de Noordoostpolder en de rest van Flevoland? = Minder landbouw, meer natuur en recreatie.
Geef een verklaring voor de verandering in bodemgebruik tussen de Noordoostpolder en de rest van Flevoland. = Er werd op andere plaatsen genoeg voedsel geproduceerd. Door toename welvaart en vrije tijd meer ruimte nodig voor natuur en recreatie.
Waarom is de Westerschelde niet door een dam afgesloten? = De haven van Antwerpen moet bereikbaar blijven.
Wat was de aanleiding voor het Deltaplan? = De watersnoodramp.
Wat is er zo bijzonder aan de Oosterscheldedam? = Dat de schuiven bij storm dicht kunnen.
Noem drie overeenkomsten tussen de Zuiderzeewerken en het Deltaplan. = Verkorting kustlijn, veiligheid, betere bereikbaarheid.
Beschrijf twee verschillen tussen de Zuiderzeewerken en het Deltaplan. = In de Zuiderzeewerken speelden ook verbetering van de waterhuishouding en voedselzekerheid een grote rol.
Noem drie inrichtingselementen die belangrijk zijn voor de waterbeheersing. = Dijken, gemalen en stuwen.
Waarom wordt niet heel Nederland beschermd tegen het water? = In hoog Nederland is geen gevaar voor overstromingen.
Wat is het verschil tussen het kustgebied van West-Nederland en de rest van Nederland? = In West-Nederland is de kans op een overstroming kleiner.
Geef een verklaring voor het verschil tussen het kustgebied van West-Nederland en de rest van Nederland. = Daar wonen de meeste mensen en zijn de meeste bedrijven. Daarom is er meer bescherming nodig.
Waarom is er veel verzet tegen de hoogwatergeul? = Veel mensen moeten verhuizen.
Wat zijn de zuiderzeewerken? = De aanleg van de afsluitdijk tussen Friesland en Noord-Holland en de aanleg van vijf grote polders (droogmakerijen) in de voornamige Zuiderzee (nu Ijsselmeer).
Wat is het Deltaplan? = De bescherming van Zuidwest-Nederland tegen de zee door de aanleg van dammen en stormvloedkeeringen die zeegaten afsluiten.
Wat is ruimte voor de rivier? = Het plan om rivieroverstromingen te voorkomen door versterking en verhoging van dijken en door verbetering van de waterafvoer.
Wat is een uiterwaard? = Het gebied tussen de rivierbedding en de rivierdijk.

Ingezonden op 06-02-2011 - 18845x bekeken.
Waardering 8.4 (aantal stemmen: 62)

voting system
1
2
3
4
5

Zet je gevonden (typ)fouten alsjeblieft neer in de reactie!!
Groetuhh. Michel

Deze overhoring is meer dan zeven jaar geleden ingestuurd. Dit was de begintijd van woordjesleren.nl!!
Waarschijnlijk werk je met een recentere uitgave en wijkt jouw boek af van de inzending hierboven.

Vakken

De Geo, deel 1

4 §2 'Grote waterprojecten' + BEGRIPPEN